In deze paragraaf worden de jaarrekeningcijfers van de belastingen en lokale heffingen toegelicht. Aangegeven wordt welke belastingen en heffingen de gemeente aan inwoners oplegt. Ook worden hier de tarieven en de kostendekkendheid genoemd.
Voor de gemeente vormen de onroerendezaakbelastingen (OZB) de voornaamste inkomstenbron. Andere belangrijke heffingen zijn de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. Uitgangspunt van deze twee heffingen is een kostendekkende opbrengst.
Per 1 juli 2014 is de precariobelasting ingevoerd in onze gemeente. De opbrengst hiervan is substantieel en is een algemeen dekkingsmiddel. Vanaf 2022 kan geen precariobelasting voor nutsnetwerken meer worden opgelegd.
Verder worden nog geheven de hondenbelasting, toeristenbelasting, reclamebelasting, leges, lijkbezorgingsrechten en marktgelden.
Overhead
Met ingang van 2017 moeten wij de overhead apart in beeld brengen binnen de begroting. Dit betekent dat ook in de diverse kostenoverzichten overhead nu apart wordt gepresenteerd. In de programmabegroting van 2018 is een overheadtarief van € 38 per uur berekend. Dit tarief is de totale personeelskosten (die niet direct aan een taakveld zijn toe te rekenen) plus indirecte lasten (huisvesting, automatisering, facilitaire kosten, etc.) gedeeld door het aantal direct aan een taakveld doorbelaste productieve uren. In de kostenoverzichten van deze paragraaf is geen sprake van een vaste verhouding tussen de totale kosten op het taakveld en de overhead. De overhead berekenen we alleen over het aantal uren dat wordt toegerekend aan de activiteit.